In hoger beroep tegen uitspraak in zaak kip Jip

Op 13 december 2018 deed de rechtbank uitspraak in de zaak van kip Jip naar aanleiding van de rechtszitting die op 29 november plaats vond. De uitspraak van de meervoudige kamer is teleurstellend. Omdat Jip volgens de rechters niet hulpbehoevend was op het moment dat Sandra haar redde is het volgens hen diefstal. Alleen omdat de zaak zo lang is blijven liggen krijgt Sandra geen straf opgelegd. Comité Dierennoodhulp vind de uitspraak dat Jip niet hulpbehoevend zou zijn geweest onbegrijpelijk. Jip hing wel degelijk de dood boven haar hoofd door het perverse spel waar student Rick Busscher mee bezig was om mensen te laten stemmen of Jip mocht blijven leven of dood gemaakt moest worden. Sandra van de Werd is daarom in hoger beroep gegaan.

Wat vooraf ging

Bijna 3 jaar geleden (25 januari 2016) bevrijdde Sandra van de Werd, coördinator van Comité Dierennoodhulp, de met de dood bedreigde kip Jip uit de theaterschool in Amsterdam. Een zaak die indertijd breed uitgemeten werd in de media. Op 30 mei 2016 besliste de politierechter dat deze principiële zaak op korte termijn door de meervoudige kamer behandeld diende te worden.

Van de Werd stelde eerder verzet in tegen de strafbeschikking van de officier van justitie die haar diefstal ten laste legde met een daarvoor opgelegde geldboete van 209 euro. Jip was onderdeel van een schoolproject van student Busscher waarin scholieren van de Theaterschool konden stemmen of Jip mocht blijven leven of doodgemaakt moest worden. Raadsman C.J.M. den Blanken: “Dit is een principiële zaak. Naar mijn overtuiging is het niet strafbaar zoals Van de Werd gehandeld heeft. Het leven van de kip was in gevaar, zij dreigde zonder redelijk doel – als statement – doodgemaakt te worden. De Wet Dieren schrijft voor dat in zulke gevallen een ieder verplicht is een dier in nood te helpen. Dat is wat Van de Werd gedaan heeft. Ze heeft de wet niet overtreden: ze leefde hem juist na.”


Principiële zaak over intrinsieke waarde kip Jip

Juridisch wordt voor diefstal geen onderscheid gemaakt tussen een dier of een schemerlamp. Formeel zijn het allebei ‘goederen’ in de zin van artikel 310 Sr. Maar materieel zijn een schemerlamp en een dier niet hetzelfde. Een lamp zal niet gestrest zijn, pijn voelen of angstkreten uitslaken wanneer deze slecht wordt behandeld. Deze zaak gaat over dat verschil. Een dier is een levend wezen, met gevoel. Een dier heeft intrinsieke waarde die door de wetgever expliciet erkend wordt in artikel 1.3. van de Wet Dieren. Over de feitelijke gang van zaken bestaan weinig onduidelijkheden. Van de Werd heeft Jip meegenomen, met achterlating van een pak ‘vegetarische kipstuckjes’ van de Vegetarische Slager, een pamflet met de tekst: ‘Geen theater ten koste van een kip – GO VEGAN – Comité Dierennoodhulp’ en haar visitekaartje. Het was haar doel niet om materieel te profiteren of niet ontdekt te worden. Een dief laat doorgaans geen kaartje achter. Van de Werd maakte een statement omdat Jip in doodsnood verkeerde. Anders dan in de voedselindustrie was het doel van Busscher niet om de kip op te eten. Het doodmaken van Jip zou de studenten tot nadenken moeten dwingen: wie zijn wij om te beslissen over leven en dood? Jip speelde bij dit experiment de macabere hoofdrol. Het doden van een dier om een punt te maken valt niet te rijmen met de intrinsieke waarde die het dier vertegenwoordigt. Wanneer dit project met een labrador puppy was uitgevoerd zou iedereen het experiment direct als pervers bestempelen. Maar qua intelligentie of gevoelsleven zijn honden en kippen vrijwel gelijk. Het welzijn van Jip werd door haar onvrijwillige deelname aan dit spel aangetast, zij verkeerde in levensgevaar. Het doodmaken van een dier mag nooit een doel op zich zijn. Dat is dierenmishandeling.